U opent het vensterdeel met extra opties van het venster Definitieve brandinstellingen door op de knop  Nero Express left 9007199311889803 Het vensterdeel met extra opties (brandinstellingen) in de linkerrand van het venster klikken.

 

 
 
In alle vensters van Nero Express is een vensterdeel met extra opties en functies beschikbaar.
 
 
De volgende opties zijn beschikbaar:
Knop
Slaat het actieve project op
Hiermee opent u het dialoogvenster Opslaan als.
Met dit venster kunt u uw compilatie opslaan.
Vervolgkeuzelijst
Schrijfsnelheid
Hiermee bepaalt u de snelheid waarmee de schijf wordt gebrand. Alleen de schrijfsnelheden die door de geselecteerde recorder worden ondersteund worden weergegeven.
Niet beschikbaar als u opslaat met Nero Image Recorder.
Vervolgkeuzelijst
Schrijfmethode
Hier selecteert u de schrijfmethode Disk/Session-at-once of Track-at-once.
Als u de schrijfmethode disc-at-once gebruikt, wordt de gehele schijf gebrand zonder dat de laser wordt onderbroken. Met de methode track-at-once wordt de laser na het branden van iedere track uitgeschakeld.
Alleen beschikbaar voor cd-compilaties. Standaard worden dvd´s geschreven met de schrijfmethode disc-at-once.
Selectievakje
Maximale snelheid vaststellen
Met deze optie wordt gecontroleerd hoe snel er toegang tot de gegevens kan worden verkregen en de schrijfsnelheid wordt daarop afgestemd als dat nodig is. Hiermee worden buffer-underrruns voorkomen.
Voor recorders met bescherming tegen buffer-underruns is het niet nodig een snelheidstest uit te voeren. De huidige recorders beschikken meestal over deze functie.
Niet beschikbaar als u opslaat met Nero Image Recorder.
Selectievakje
Simulatie
Alle stappen van het brandproces worden uitgevoerd, met uitzondering van het branden zelf. Het is aan te bevelen om een simulatie uit te voeren als u vóór het branden gegevens decomprimeert, bijvoorbeeld als u een audio-cd maakt van mp3-bestanden. Als de simulatie is geslaagd, kunt u ervan uitgaan dat het branden ook lukt.
Niet beschikbaar als u opslaat met Nero Image Recorder.
Selectievakje
Schrijven
Hiermee start u het eigenlijke brandproces (bijvoorbeeld na een simulatie).
Dit selectievakje is standaard ingeschakeld.

 

Selectievakje
Pauzes verwijderen aan einde van de *.cda-tracks
Hiermee worden stille passages aan het eind van een audiobestand verwijderd. Dit selectievakje is standaard ingeschakeld. Audiogegevens worden in blokken opgeslagen, ook als de bloklimiet niet altijd wordt bereikt. Het laatste blok wordt dan, indien nodig, gevuld met stilte.
Om ongewenste effecten te vermijden, stelt u de pauzelengte in op 0 wanneer u dit selectievakje uitschakelt (zie tabblad Eigenschappen track om de pauzelengte in te stellen).
Alleen beschikbaar voor audio-cd´s.
Blok
Een blok verwijst naar de kleinste informatie-eenheid op een cd-rom of harde schijf die adresseerbaar is in één toegang en die wordt aangegeven in bits of bytes. Verschillende blokken worden gebundeld in een sector.

 

Selectievakje
De computer automatisch afsluiten als de procedure is voltooid
Hiermee wordt de computer automatisch uitgeschakeld nadat het branden is voltooid.

 

 
 
Audio-cd’s moeten altijd worden gebrand met de disc-at-once-methode. Deze optie is standaard geselecteerd.
 
Disc-At-Once
Disc-At-Once is een methode waarbij de laser in de recorder in één sessie, onafgebroken brandt, zonder dat deze tussen de tracks uit- en weer ingeschakeld wordt. Deze methode is vooral geschikt voor het opnemen van audio-cd’s die u thuis of in de auto wilt afspelen.
 
 
Blok
Een blok verwijst naar de kleinste informatie-eenheid op een cd-rom of harde schijf die adresseerbaar is in één toegang en die wordt aangegeven in bits of bytes. Verschillende blokken worden gebundeld in een sector.
Disc-At-Once
Disc-At-Once is een methode waarbij de laser in de recorder in één sessie, onafgebroken brandt, zonder dat deze tussen de tracks uit- en weer ingeschakeld wordt. Deze methode is vooral geschikt voor het opnemen van audio-cd’s die u thuis of in de auto wilt afspelen.
Track-at-once
Track-At-Once is een schrijfmethode waarbij elke track individueel op de schijf wordt gebrand. Na iedere track wordt het schrijfproces korte tijd onderbroken (de laser wordt dan even uitgeschakeld). Met deze schrijfmethode kunt u slechts een deel van een dvd branden en op een later tijdstip doorgaan met het branden. Tussen de tracks is er een pauze van minstens 27ms. Dit kan storend zijn voor audio-cd’s.
Audio-cd
Een audio-cd kan tot 74 minuten audiosequenties en individuele tracks in hifikwaliteit bevatten. De opslagcapaciteit bedraagt 747 MB bij een samplediepte van 16 bits en een scansnelheid van 44,1 kHz.
Buffer-underrun
Een buffer-underrun is een onderbreking in de gegevensstroom in het interne geheugen (bijv. van de recorder). Een buffer-underrun ontstaat door een onderbreking in de gegevensstroom naar de interne buffer. De buffer blijft gegevens leveren tot deze uiteindelijk leeg is. Tijdens het opnemen wordt er een voortdurende stroom gegevens afgeleverd aan de buffer, zodat er een constante gegevensstroom behouden blijft. Als de gestage gegevensstroom wordt onderbroken, worden de media onbruikbaar. De meeste moderne recorders hebben een beschermingsmechanisme tegen buffer-underruns.
Blok
Een blok verwijst naar de kleinste informatie-eenheid op een cd-rom of harde schijf die adresseerbaar is in één toegang en die wordt aangegeven in bits of bytes. Verschillende blokken worden gebundeld in een sector.
Disc-At-Once
Disc-At-Once is een methode waarbij de laser in de recorder in één sessie, onafgebroken brandt, zonder dat deze tussen de tracks uit- en weer ingeschakeld wordt. Deze methode is vooral geschikt voor het opnemen van audio-cd’s die u thuis of in de auto wilt afspelen.


Het vensterdeel met extra opties (brandinstellingen)